Het totale bedrag aan energie-investeringen dat per onderneming voor EIA in aanmerking kan komen is minimaal € 2.500 en maximaal € 119 miljoen in 2015. Een ondernemer mag 41,5% van het investeringsbedrag waarvoor deze een EIA-verklaring heeft ontvangen van de fiscale winst aftrekken.
Rekenvoorbeeld
De fiscale winst in 2015 bedraagt € 160.000. De vennootschapsbelasting is 20% voor de eerste schijf tot € 200.000. Een ondernemer doet voor € 30.000 nieuwe LED verlichting energie-investeringen. De EIA bedraagt 41,5% van € 30.000, dat is € 12.450.
De fiscale winst wordt nu € 147.550 (€ 160.000 – € 12.450).
Zonder EIA betaalt de ondernemer
€ 32.000 vennootschapsbelasting. Met EIA betaalt de ondernemer slechts € 29.510 vennoot- schapsbelasting. Het fiscale voordeel bedraagt € 2.490.
Het netto EIA-voordeel is ongeveer 10% van de investeringskosten.
Inwerkingtreding
De EIA-regeling voor 2015 treedt in werking met ingang van 1 januari 2015 en is van toepassing op verplichtingen die zijn aangegaan of voortbrengingskosten die zijn gemaakt op of na 1 januari 2015.
LED verlichtingssysteem (210506)
Bestemd voor: verlichting in of bij bedrijfsgebouwen,
en bestaande uit:
a. armatuur inclusief LED-buis met een specifieke lichtstroom van ten minste 84 lm/W bij een kleurtemperatuur ≤ 4500 K, of een specifieke lichtstroom van ten minste 90 lm/W bij een kleurtemperatuur > 4500 K;
b. armatuurmodule met geïntegreerde LED-lichtbron, met een specifieke lichtstroom van ten minste 90 lm/W anders dan met LED-buizen;
c. downlighters met geïntegreerde LED-lichtbron met een specifieke lichtstroom van ten minste 80 lm/W;
d. armaturen ten behoeve van (sport)terreinverlichting, met een specifieke lichtstroom van ten minste 90 lm/W, exclusief mast;
e. spots voor het aanlichten van bedrijfsgebouwen, objecten en producten, ter vervanging van bestaande armaturen;
De specifieke lichtstroom onder a, b, c en d, dient gemeten te zijn conform LM-79-08 of gelijkwaardige protocollen. Bij de categorieën a, b, c en d gaat het om verlichting die valt onder NEN-EN 12464-1:2011(binnenverlichting) of NEN-EN 12464-2:2014 (buitenverlichting) of Richtlijn Openbare Verlichting 2011. Onder de specifieke lichtstroom wordt hier verstaan de verhouding tussen lichtstroom van het verlichtingssysteem (in lumen) en het daartoe opgenomen elektrische vermogen (in Watt). Metingen op grond van LM-79-08 of gelijkwaardige protocollen, dienen verricht te worden door geaccrediteerde instellingen, waarbij elektrische- en fotometrische metingen specifiek in de accreditatie-scope van betreffende instelling dienen te zijn opgenomen. De lichtterugval in lumen van het verlichtingssysteem gedurende de eerste 6.000 branduren bedraagt maximaal 20% van de oorspronkelijke lichtstroom, gemeten conform LM-80-08 of gelijkwaardige protocollen.
De Power Factor van de verlichtingssystemen genoemd bij de categorieën a t/m e, dient ten minste 0,90 te bedragen.
Noodverlichting (210507)
Bestemd voor: noodverlichting in bestaande bedrijfsgebouwen,
en bestaande uit:
a. LED-noodverlichtingsarmaturen met een Power Factor van ten minste 0,90;
Toelichting:
Noodverlichting in nieuwe bedrijfsgebouwen komt niet voor Energie-investeringsaftrek in aanmerking.
LED belichtingssysteem (210508)
Bestemd voor: podium- of theaterbelichting,
en bestaande uit: spot- en/of floodlightarmaturen, (DMX) driver.
De Power Factor van het belichtingssysteem moet ten minste 0,90 bedragen.
Toelichting:
Alleen de spot- en/of floodlightarmaturen en driver komen in aanmerking. LED-schermen of LED-displays komen niet in aanmerking.
EIA wijzigingen ten opzichte van 2014
LED-verlichtingssysteem (210506)
De ontwikkeling van LED-verlichting gaat snel. Om alleen de best beschikbare techniek te stimuleren, worden de eisen aangescherpt. Daarnaast is een aantal toepassingen verwijderd, omdat het gebruik van LED-verlichting daar inmiddels gangbaar is geworden.
Bron: RVO.nl